Q-KOORTS: VACCINATIE EN REGISTRATIE
Op 13 mei 2011 werd het ministerieel besluit “houdende maatregelen ter bestrijding van Coxiella burnetii bij schapen en geiten gepubliceerd.
Op alle bedrijven met melkgeiten waar een PCR analyse van het tankmelkmonster of van het monster genomen in het kader van het verplicht onderzoek van een abortus de aanwezigheid van Coxiella burnetii (Q-koorts) heeft aangetoond, moeten alle geiten ouder dan 3 maanden gevaccineerd wordenen.
Het FAVV heeft voor deze verplichte vaccinatie 50.000 doses vaccin Coxevac aangekocht. Dit vaccin wordt via de dierenartsen gratis ter beschikking gesteld aan elk besmet geitenbedrijf. Maar de veehouder heeft, in tegenstelling tot de blauwtongvaccinatiecampagne, geen recht op een tegemoetkoming voor de vaccinatiekosten. De vaccinatie is een aanvullende maatregel die op besmette bedrijven genomen wordt om de uitscheiding van de Q-koorts bacterie te verminderen. Door de vaccinatie wordt de verplichte temperatuursbehandeling van de melk op besmette bedrijven opgeheven op voorwaarde dat alle niet drachtige geiten ouder dan drie maanden volledig zijn gevaccineerd.
De vaccinatie wordt uitgevoerd door een erkend dierenarts volgens het vaccinatieschema voorgeschreven door de producent van het vaccin, namelijk een dubbele primovaccinatie (met 3 weken tussentijd) ofwel indien er reeds een eerste vaccinatie gebeurde, een herhalingsvaccinatie 9 maanden na de vorige vaccinatie van alle niet-drachtige dieren ouder dan 3 maanden. De vaccinaties moeten zo vlug mogelijk en ten laatste binnen de 6 maanden na de betekening van de besmetting uitgevoerd worden, ook indien ondertussen in een nieuw tankmelkonderzoek de aanwezigheid van Coxiella Burnetii niet langer kon worden aangetoond. De dierenarts registreert zelf de vaccinaties in Sanitel overeenkomstig de instructies van het Agentschap of, indien hij geen toegang tot Sanitel heeft, via het overmaken van het “formulier voor registratie van Q-koorts vaccinaties” aan de Dienst Crisispreventie en crisisbeheer van het FAVV.
Andere veehouders mogen vrijwillig vaccineren met vaccin dat vrij verkrijgbaar is op de markt. In dat geval mag de dierenarts de uitgevoerde vaccinatie ook in Sanitel registreren. Mocht een bedrijf dat gevaccineerd is met een fase I vaccin, later besmet raken dan hoeft de melk geen verplichte temperatuursbehandeling meer te ondergaan als de vaccinatie kan aangetoond worden met een vaccinatiebewijs.
Alle in informatie hieromtrent is terug te vinden op de website van het FAVV:
http://www.favv-afsca.fgov.be/dierengezondheid/qkoorts
|