


|
 |
|
ILLEGALE IMPORT VAN HONDEN – RISICO’S VERBODEN MET HONDSOLHEID
In de laatste 6 weken werden in België 12 honden illegaal binnengebracht uit risicolanden, landen die niet vrij zijn van hondsdolheid, nl. Hongarije, Roemenië, Slovakije, Spanje, Polen, Estland en Frankrijk. Omdat er geen enkele test bestaat om hondsdolheid bij levende dieren op te sporen en omdat het soms maanden duurt vooraleer dieren symptomen vertonen en de symptomen niet altijd even duidelijk zijn, werd in 4 gevallen, waarin het risico op besmetting te groot werd geacht, euthanasie opgelegd. Dit is een drastische maatregel maar één die nodig is om te voorkomen dat de eigenaar, zijn kinderen, andere personen of gezelschapsdieren zouden besmet worden!
Deze gevallen konden worden ontdekt dank zij de samenwerking met dierenartsen die hun meldingsplicht aan het FAVV gerespecteerd hebben.
Wereldwijd sterft er elke 10 minuten iemand aan hondsdolheid. Hondsdolheid komt nog voor in meer dan 150 landen, waaronder veel favoriete vakantiebestemmingen.
Hondsdolheid één van de gevaarlijkste en de meest gevreesde zoönose. De ziekte infecteert huisdieren en wilde dieren, en de mens wordt besmet door het speeksel van een besmet dier, wanneer dit likt, krabt of bijt of zelfs door contact met een wonde van een hondsdol dier.
Het kan tot 6 maanden duren vooraleer een besmet dier de eerste symptomen vertoont. Echter twee weken voor het verschijnen van de eerste symptomen kan het al andere mensen en dieren besmetten omdat zijn speeksel al virus bevat. Hierin schuilt juist het gevaar.
De enige kans om een besmetting van hondsdolheid tegen te houden, is een behandeling binnen de 24 uur na contact met een besmet dier. Net omdat een besmet dier al 2 weken virus uitscheidt zonder dat het symptomen vertoont, wordt de behandeling dikwijls véél te laat gestart. Zodra er symptomen zijn, is hondsdolheid bij mensen en dieren altijd dodelijk.
Een zekere diagnose kan enkel verkregen worden na autopsie van het overleden dier. Dieren die op het moment van de euthanasie nog geen symptomen vertonen, testen dikwijls nog negatief hetgeen niet wil uitsluiten dat ze niet besmet zijn. De incubatieperiode, de tijd die verstrijkt tussen de besmetting en de eerste klinische symptomen, kan immers 6 maanden duren. Enkel op het einde van de incubatieperiode of op het moment dat de dieren al symptomen vertonen, zal het dier positief testen.
Het FAVV heeft het publiek eraan herinnerd om nooit illegaal huisdieren binnen te brengen vanuit een risicoland. Omwille van het gevaar voor een eventuele besmetting past het FAVV de voorschriften omtrent de invoer van dieren uit door hondsdolheid getroffen landen altijd zeer nauwgezet toe.
Ter herinnering !
In België is vaccinatie van honden tegen hondsdolheid ten zuiden van Samber en Maas verplicht, evenals van alle honden die hun eigenaar vergezellen op een kampeerterrein in België.
Voor reizen naar het buitenland daarentegen is vaccinatie tegen hondsdolheid verplicht voor honden, katten en fretten. De eigenaars moeten op tijd hun dierenarts contacteren om onaangename verrassingen te vermijden.
Meer informatie (brochure, omzendbrief, lijst van de landen die vrij zijn van hondsdolheid vindt u op http://www.favv.be/reizen-gezelschapsdieren/ en http://www.favv.be/dierengezondheid/rabies/
IMPORTATIONS ILLÉGALES DE CHIENS – RISQUES LIÉS À LA RAGE
12 chiens ont été importés illégalement ces 6 dernières semaines en provenance de pays à risque qui ne sont pas indemnes de rage, notamment la Hongrie, la Slovaquie, la Roumanie, l'Espagne, la Pologne, l'Estonie et la France. Etant donné qu'il n'existe aucun test permettant de détecter la rage chez un animal vivant, que la période d'incubation peut durer 6 mois et que les symptômes de la rage sont susceptibles de varier considérablement, l'euthanasie a été décidée dans 4 cas où le risque de contamination était trop important. Il s'agit d'une mesure drastique mais nécessaire pour éviter que le propriétaire, ses enfants, d'autres personnes ou animaux de compagnie ne soient contaminés.
Ces cas ont pu être découverts grâce à la collaboration de vétérinaires qui ont respecté leur obligation de notification à l’AFSCA.
Dans le monde, une personne décède de la rage toutes les 10 minutes. Cette maladie est encore présente dans plus de 150 pays dont certains constituent des destinations de vacances favorites.
La rage est une des zoonoses parmi les plus dangereuses et que l'on craint le plus. Elle peut toucher les animaux sauvages et domestiques ainsi que l'homme, si l'animal infecté non seulement mord mais également s'il griffe, lèche ou est en contact avec la victime.
Si 6 mois peuvent s'écouler avant qu'un animal atteint ne présente les premiers symptômes, il est déjà contagieux deux semaines avant l'apparition de ces symptômes car le virus est excrété dans la salive. C'est là que réside précisément le danger.
La seule chance de ne pas développer la maladie est de recevoir un traitement dans les 24 heures après le contact avec un animal contaminé. Cependant, puisque l'animal est contagieux deux semaines avant l'apparition des premiers symptômes, le traitement est souvent administré bien trop tard. Dès l'apparition des symptômes, la rage provoque toujours une issue mortelle, aussi bien chez l'homme que chez l'animal.
La confirmation du diagnostic n'est possible qu'après l'autopsie de l'animal mort. Si, au moment de l'euthanasie, la bête n'a encore présenté aucun symptôme, elle sera souvent testée négativement ce qui n'exclut pas que l'animal soit néanmoins contaminé. La période d'incubation, soit le laps de temps qui s'écoule entre la contamination et l'apparition des premiers symptômes, peut durer jusqu'à 6 mois. Un animal ne sera testé positivement qu'à la fin de cette période d'incubation ou au moment où il présente les premiers symptômes.
L’AFSCA a donc rappelé au public de ne jamais ramener illégalement des animaux domestiques d'un pays à risque. En raison du risque d'une éventuelle contamination, l'AFSCA applique toujours de façon très stricte les prescriptions en matière d'importation d'animaux de pays où la rage est présente.
Pour rappel
En Belgique, seuls les chiens doivent être vaccinés contre la rage au sud du sillon Sambre et Meuse ainsi que tous les chiens qui accompagnent leur propriétaire en camping ou en caravaning partout en Belgique.
Par contre lors de voyages à l’étranger avec un animal de compagnie, la vaccination contre la rage est obligatoire pour les chiens, chats et furets. Les propriétaires doivent donc veiller à prendre contact à temps avec leur vétérinaire, pour éviter de mauvaises surprises.
Plus d'information (brochure, circulaire, liste des pays indemnes,…) sur
http://www.afsca.be/voyager-animaux-compagnie/ et http://www.afsca.be/santeanimale/rage/
|
|
|
|