|
 |
|
Procedure bij verdenking van vogelgriep bij particuliere houders
De afgelopen 10 dagen werden in België 7 gevallen van hoog pathogene H5N8 aviaire influenza bevestigd, voornamelijk bij hobbyhouders, maar eveneens bij een pluimveehandelaar.
Het is dus zeer waarschijnlijk dat andere gevallen zullen aangetroffen worden, maar vooral dat u door particulieren verzocht wordt om advies te geven of voor een reële verdenking.
Hierna vindt u de voornaamste punten van aandacht om voor ogen te houden, evenals de procedure voor kennisgeving wanneer er een verdenking van vogelgriep is.
Hoog pathogene aviaire influenza : symptomen
(Zie ook http://www.favv-afsca.fgov.be/dierengezondheid/fichesepidemische/_documents/2014-09_FP_Influenzaaviaire_nl.pdf).
Ziekteverschijnselen : apathie, verminderde leg, bloedingen van de kam en lellen, ademhalingssymptomen (hoest, neusvloei, dyspneu), diarree, incoördinatie, plots opduiken van de ziekteverschijnselen, PLOTSE DOOD.
Morbiditeitspercentage : Hoog
Mortaliteitspercentage : Hoog
Voornaamste klinisch getroffen diersoorten : Kippen, ganzen, kalkoenen, parelhoenders, fazanten, eenden.
Incubatieperiode : Kort : van 2 tot 14 dagen, maar dikwijls 2-5 dagen.
Voornaamste risicofactoren : contact met wilde avifauna, recente introductie van een dier in een pluimveestal (markten : hier vindt u de lijst met de betrokken markten : http://www.afsca.be/dierengezondheid/vogelgriep/hobbyhouders.asp )
Na te leven procedure ingeval van verdenking :
- Zo snel mogelijk de houder bezoeken om de verdenking te objectiveren;
- Indien de verdenking relevant is :
- Monsters nemen : het best is een kadaver zo vers mogelijk (ziek dier dat u euthanaseert) naar het CODA-CERVA te sturen via ARSIA/DGZ (ARSIA : 083/23 05 15 ; DGZ : 078 05 05 23) ;
- Uw lokale controle-eenheid verwittigen (http://www.afsca.be/lce/ ) ;
- Erop toezien dat de bioveiligheidsmaatregelen goed nageleefd worden tijdens en na een bezoek aan een verdacht of besmet bedrijf, om te vermijden dat het virus zich naar andere inrichtingen of bij andere particulieren verspreidt.
Voor alle vragen :
 |
Directie “Dierengezondheid en Veiligheid van de Dierlijke Producten”
DG Controlebeleid – FAVV
Dienst Crisispreventie en -beheer |
Procédure en cas de suspicion de grippe aviaire chez un particulier
La Belgique a confirmé 7 cas de grippe aviaire H5N8 en 10 jours, avec caractère hautement pathogène, principalement chez des détenteurs amateurs, mais également chez un négociant en volaille.
Il est donc fortement probable que d’autres cas puissent être détectés, mais surtout que vous soyez sollicités par des particuliers pour un avis ou pour une suspicion réelle.
Ci-dessous sont repris les principaux points d’attention à garder à l’esprit et la procédure de notification lorsqu’une suspicion de grippe aviaire est avérée.
Influenza aviaire hautement pathogène : les signes d’appel
(voir aussi : http://www.afsca.be/santeanimale/fichesepidemiques/_documents/2014-09_FP_Influenzaaviaire_fr.pdf ).
Symptômes : apathie, chute de ponte, congestion de la crête et des barbillons, symptômes respiratoires (toux, jetage, dyspnée), diarrhée, incoordination, apparition brutale des symptômes, MORT SUBITE.
Taux de morbidité : Elevé
Taux de mortalité : Elevé
Principales espèces cliniquement affectées : Poules, oies, dindes, pintades, faisans, canards.
Période d’incubation : courte : entre 2 et 14 jours, mais plus fréquemment 2-5 jours.
Principaux facteurs de risque : contact avec avifaune sauvage, introduction récente d’un animal dans le poulailler (marchés : voir ici la liste des marchés concernés : http://www.afsca.be/santeanimale/grippeaviaire/detenteursamateurs.asp ).
Procédure à respecter en cas de suspicion :
- Rendre une visite au détenteur au plus vite, pour objectiver la suspicion ;
- Si la suspicion est pertinente :
- Effectuer des prélèvements : le mieux est d’envoyer un cadavre le plus frais possible (animal malade que vous euthanasiez) au CODA-CERVA via ARSIA/DGZ (ARSIA : 083/23 05 15 ; DGZ : 078 05 05 23) ;
- Prévenir votre Unité Locale de Contrôle (http://www.afsca.be/ulc/ ) ;
- Lors et après une visite dans une exploitation suspecte ou infectée, veillez à bien respecter les règles de biosécurité, afin d’éviter la propagation du virus dans d’autres établissements ou chez d’autres particuliers.
Pour toute question :
 |
La Direction « Santé des Animaux et Sécurité des Produits Animaux »
DG Politique de Contrôle – AFSCA
Le Service Prévention et gestion de crises |
|
|