DE BEPERKINGEN VOOR HET GEBRUIK VAN KRITISCHE ANTIBIOTICA BIJ VOEDSELPRODUCERENDE DIEREN WEER VAN KRACHT !

Vandaag, 9 december 2020, is het besluit dat het koninklijk besluit van 21 juli 2016 betreffende de voorwaarden voor het gebruik van geneesmiddelen door de dierenartsen en door de verantwoordelijken van de dieren herstelt, in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd. De beperkingen voor het gebruik van kritische antibiotica bij voedselproducerende dieren zijn dus vanaf vandaag weer van kracht.
De door de Raad van State geschrapte maar nu herstelde artikels, leggen opnieuw de voorwaarden vast om de antibiotica in bijlage IV, de zogenaamde kritische antibiotica, in de diergeneeskunde te gebruiken. Concreet gaat het over fluoroquinolones en cefalosporines van de derde en vierde generatie. Dierenartsen zijn verplicht om vooraleer ze deze kritische antibiotica gebruiken bij voedselproducerende dieren, een staalname uit te voeren. Het doel van zo’n staalname is de ziekteverwekker te isoleren en de gevoeligheid aan antibiotica te testen.
Het herstel van de artikels rond kritische antibiotica in de diergeneeskunde heeft jammer genoeg langer op zich laten wachten dan gepland door de onvoorziene gezondheidscrisis en de vertraagde regeringsvorming. Het gevolg hiervan is ook duidelijk te zien in de betreurenswaardige negatieve tendens die opvalt voor het gebruik van kritische antibiotica bij voedselproducerende dieren. Vooral het gebruik van fluoroquinolones is het laatste jaar duidelijk weer gestegen wat het behalen van de reductiedoelstellingen voor 2020 in het gedrang brengt. Met het herstel van de artikels zal elke betrokken partij weer duidelijk zijn plicht moeten vervullen, wat hopelijk het tij tijdig zal doen keren. |